‘De EUC terugblik van…’ is een rubriek die ons meeneemt naar de bijzondere roeiervaring van een ploeg die in actie kwam op de laatste editie van het EUC. Wat ging er goed, wat ging er HEEL goed en wat ging er vooral niet zo heel goed? Wat heeft het EUC de ploeg gebracht, hoe hebben zij zich voorbereid en smaakt zo’n EUC naar meer? Bij deze het verhaal van Steven Coevert en Wim Hak van D.S.R. Proteus-Eretes.
Allereerst, van harte gefeliciteerd met het behalen van jullie blik/medaille! Neem ons mee naar de race, hoe ging deze? Ging het oproeien direct al goed of was het juist een slechte generale, was iedereen onwijs zenuwachtig of viel het mee, hoe ging de start, hebben jullie een enorme eindsprint in moeten zetten?
Tijdens de eerste training op het meer viel op dat het daar flink kon waaien en dat daardoor zeker rekening gehouden moest gaan worden met golven. We hebben die training aan het eind even wat startjes geoefend met de weersomstandigheden die er heersten. Na een paar halen kregen we een golf die de boot direct stil en vol water legde. De toon was gezet: het zou strijden worden.
Op de dag van de voorrondes bleek het echter best mee te vallen. Na 500 meter lagen we al flink voor op het veld. Aangezien op zo’n kampioenschap mensen wel flink goed kunnen eindsprinten en wij dit nog niet helemaal goed beheersten, was het zaak om deze voorsprong zo veel mogelijk op te bouwen. Aan het eind van de race bleek dat dat inderdaad nodig was, aangezien de finish nog best close was. Na twee keer vlak achter elkaar de finishtoeter gehoord te hebben was wel zeker dat we door waren (eerste twee gingen direct door naar de finale), maar altijd leuk om even te horen of je nou eerste of tweede bent geworden. Toen bleek dat we de eerste tijd hadden in niet alleen onze voorronde, maar ook in de andere voorwedstrijd zou dit de winnende tijd geweest zijn. Dat bood zeker wat perspectief.
Op de dag van de finale bleek dat de wind weer was aangezet. Gelukkig bleek dat de training van de donderdag ervoor zijn vruchten had afgeworpen. De start ging lekker: we lagen na deze start al aanzienlijk voor op het veld. Blijkbaar konden we beter omgaan met deze erbarmelijke omstandigheden dan anderen. De eerste kilometer in dit strijdende weer bleef dit hetzelfde en als alles bleef zoals het was zouden we als eerste de streep passeren. Helaas bleek echter dat gedurende de tweede kilometer het water wat coulanter werd, wat onze voordelen ten opzichte van de andere ploegen wegnam. De ploeg van Oxford Brookes maakte hier gebruik van en met een grandioze tweede kilometer wisten ze hun achterstand om te buigen naar een winst. De tweede plaats was nog wel van ons. Niet waar we op hadden gehoopt, maar tegen de aanval van Brookes waren we niet opgewassen.
Welke (evt. bijzondere) voorbereidingen hebben jullie getroffen om tot dit resultaat te komen?
Iedereen kent het standaard verhaal over een heel seizoen lang samen ervaringen opdoen, wat ook zeker waar is. Het is echter ook belangrijk om op de juiste momenten veel rust te pakken. Dat hebben we ook zeker gedaan, en wel met een tripje naar het plaatselijke zwembad. Maar ook zeker het bezoeken van de plaatselijke dierentuin helpt voor het nodige vermaak.
Wat vonden jullie van de ervaring om naar het EUC te gaan?
Kampioenschappen als het EUC zijn een aanrader voor iedere ploeg die internationale ervaring wil opdoen. Je leert bijvoorbeeld omgaan met tegenstanders met verschillende race-indelingen en daarmee ook hoe je bijvoorbeeld een buffer opbouwt om een eindsprint te pareren.
Weke hoogtepunten en dieptepunten hebben jullie beleefd op het EUC?
Het hoogtepunt is volgens ons wel dat we zowel in de voorronde als in de finale zo makkelijk voor kwamen te liggen. De eerste 500 meter was gewoon rammend goed, vooral in de voorronde. Daarnaast is het natuurlijk leuk als je wint van Olympische kampioenen. Het enige echte dieptepunt is wel de laatste kilometer van de finale. Het is natuurlijk nooit fijn om je tegenstanders dichterbij te zien komen en te realiseren dat was je ook probeert, ze in blijven lopen.
Smaakt zo’n EUC blik naar meer? Wat wordt jullie volgende doel?
Het was natuurlijk zeker jammer dat we geen goud hebben gewonnen, maar na een tijdje word je ook wel blij van zilver. Zeker als je die medaille meeneemt naar huis en al je familie en vrienden trots zijn op wat je hebt bereikt. Wij als roeiers zijn natuurlijk altijd dorstig naar meer, maar familie vindt bijna alles wat je doet wel mooi. Dit geeft ook de wil om de volgende keer verder te gaan dan nu. Om voor goud te gaan, om de mensen thuis nog trotser te laten zijn. Dit kan op meerdere manieren. Volgend jaar weer EUG, of toch Henley? We zien volgend jaar wel waar we heen willen werken, maar dat het episch wordt, is nu al besloten.
Over de auteur